Recensies Cirkelen rond Kolb. Begeleiden van leerprocessen
uit: Velon, Tijdschrift voor Lerarenopleiders, Jaargang 26 (2), april 2005)
Om verschillen in leergroepen te ontdekken en als ‘facilitator van leerprocessen’ heeft Hendriksen veel gebruik gemaakt van de leertest, deleercyclus en de theorie over de te onderscheiden leerstijlen van Kolb. Hendriksen coacht verschillende teams uit zowel het bedrijfsleven als de non-profit sector.
Dit boek is een neerslag van de theorie van Kolb en zijn vertaling daarvan in het praktisch handelen. In het eerste hoofdstuk komt de theorie van Kolb voor het voetlicht. Volgens de auteur is de theorie van Kolb inclusief het begrippenkader te vaak verkeerd vertaald en geïnterpreteerd waardoor het gaat lijken op een theezakje waarvan al tien keer thee is getrokken. ‘De tiende keer smaakt de thee niet meer naar thee, maar naar slootwater.’
Hendriksen blijft daarom zo dicht mogelijk bij de tekst en opvattingen van Kolb (rondcirkelen). Volgens hem is de meest wezenlijke bijdrage van Kolb het gegeven dat reflectie een noodzakelijke fase is in het leren. Niet minder waardevol maar wel minder rechtstreeks van Kolb afgeleid is de vervolgens gehanteerde definitie van reflectie Korthagen uit 20021. Van Kolb komt onder andere de leercyclus, de bronnen waarop hij zijn theorie baseert (Dewey, Piaget en Lewin), de leerstijlentest en het ontwikkelingsmodel aan bod.
In het tweede hoofdstuk wordt de theorie van Kolb vertaald naar de hedendaagse praktijk van managers, trainers en organisaties. ‘Wat leveren leertheorieën (naast Kolb wordt ook gebruik gemaakt van Schön en Argyris) uit de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw op voor de weerbarstige praktijk van alledag?’ (p. 13).
Het derde hoofdstuk is oefenstof die (voorde lezer) kan bijdragen aan bewustwording van wat leren is of zou kunnen betekenen. De nadruk ligt op het leren binnen organisaties maar het boek is ook vooral geschreven voor managers, leidinggevenden, coaches, adviseurs en consultants die het werken met teams zien als een ‘leerschool’ naar zelfsturing. Omdat de meeste opleidingen een omslag maken naar competentiegericht leren waarbij zelfsturend leren cruciaal is, kan ‘Cirkelen rond Kolb’ nuttige informatie leveren voor al die opleiders die ook studieloopbanen van studenten moeten gaan begeleiden. Het geeft handige handreikingen voor bewustmaking bij studenten van hun eigen wijze van leren en hun vermogen tot zelfsturend leren.
(GG.)
Wat weten we van Kolb?
Uit: Weboeken.nl
In ‘Cirkelen rond Kolb’ neemt Jeroen Hendriksen de lezer mee in de opvattingen van de leerpsycholoog en pedagoog Kolb. Deze vermaarde wetenschapper heeft de ‘leerstijlen van Kolb’ ontwikkeld. Maar wat weten we daar eigenlijk van? Hendriksen ruimt een aantal misverstanden over het werk van Kolb uit de weg en laat vooral zien wat diens werk voor betekenis kan hebben voor het leren in organisaties.
Jeroen Hendriksen laat in ‘Cirkelen rond Kolb’ zien hoe de leercyclus van leerpsycholoog en pedagoog Kolb in elkaar zit. De verdienste van Kolb is geweest dat hij het onderwerp ‘leerstijlen’ op de kaart heeft gezet, waarbij het hem er vooral om ging dat de zogenaamde ‘leercyclus’ volledig doorlopen werd. Wie is er niet lastig gevallen met de vraag van een opleider om de kenmerken van je leerstijl in kaart te brengen, met de bijbehorende valkuilen? Die vier leerstijlen zijn bekende begrippen geworden: de doener, de dromer, de denker en de beslisser. Maar dan grijpt Hendriksen in: hij merkt op dat Kolb het nergens in zijn werk heeft over ‘de dromer’. Dat is een opmerkelijke constatering, want veel leerstijltesten – onder andere op het internet – spreken wel degelijk van ‘dromer’. Hendriksen heeft het standaardwerk van Kolb ‘Experiential Learning’ klaarblijkelijk grondig bestudeerd.
Het aantrekkelijke van ‘Cirkelen rond Kolb’ vind ik de opbouw van het boek. In het eerste hoofdstuk neemt Hendriksen de lezer mee in de totstandkoming van de leeropvattingen van Kolb. Hij illustreert dat Kolbs leercyclus geïnspireerd is door mensen als Piaget, Dewey, Lewin en Jung. In hetzelfde hoofdstuk wordt de lezer ‘getrakteerd’ op de leerstijlentest. Blijkbaar met een stevige knipoog van de auteur, want hij presenteert het als de essentie van het boek terwijl hij natuurlijk wel beter weet. In het tweede hoofdstuk laat Hendriksen zien wat de betekenis van het werk van Kolb kan zijn voor het leren in organisaties. Bekende begrippen als ‘single and double loop learning’, die afkomstig zijn uit de wereld van de ‘lerende organisatie’, worden hier vervolgens mee verbonden. Hendriksen doet dat op een eenvoudige maar doeltreffende wijze.
In het laatste hoofdstuk krijgt de lezer niet alleen de vier leerstijlen uitgelegd, hij krijgt tevens verschillende handelswijzen aangereikt om de leercyclus ‘rond’ te krijgen.
De leercyclus van Kolb is een interessante methode, hoewel die niet geheel onomstreden is. Het is goed dat Hendriksen dat ook vermeldt en zijn lezer ervan op de hoogte stelt dat wetenschappers het werk van Kolb ‘niet onderbouwd’ vinden. Het heeft de auteur er niet van weerhouden om een alleraardigst boekje met veel interessante wetenswaardigheden te schrijven.
Drs.C Roosen